maandag 29 april 2019

The Wife

We beginnen langzaam in een dusdanige feministische golf te komen, dat het bijna ondenkbaar is dat vrouwen niet in alle beroepen even succesvol kunnen zijn als mannen. Of evenveel betaald krijgen. We zijn er nog niet, maar vroeger was dat verschil nog veel groter. Ook in de minder macho-achtige beroepen, zoals schrijvers of componisten. Je wilt niet weten hoeveel vrouwelijke kunstenaars totaal zijn genegeerd. Of - slim als ze zijn - onder een pseudoniem toch ineens serieus werden genomen En daar kun je dan weer mooie films over maken. Een prachtig voorbeeld van zo'n complexe man-vrouw verhouding verscheen vorig jaar met The Wife, naar het gelijknamige boek van Meg Wolitzer (2003).

Glenn Close schittert als echtgenote Joan van de beroemde schrijver Joe Castleman (door Jonathan Pryce). Je ziet een huwelijk van twee geliefden die elkaars fysieke en mentale grillen door en door kennen. Dat voelt ergens heerlijk vertrouwd en dus liefdevol, maar er suddert ook iets anders. Een soort geheim. En daarmee wordt langzaam een ongelijkheid voelbaar. Je ziet het in de gezichtsuitdrukkingen van haar, maar je voelt het vooral ook door hoe zij reageert op de horkerigheid van hem. Het feit dat hij niet opmerkt - of niet laat merken dat hij wél opmerkt - wat dit geheim voor offer van haar vraagt en wat dat met haar doet.

Oké, genoeg vaagheden. Wie de trailer bekijkt weer eigenlijk al wat er aan de hand is. Wie het boek kent weet dat zeker. Deze Joe wint de Nobelprijs voor Literatuur. Zijn vrouw staat al haar hele leven aan zijn zijde, zowel tijdens het schrijven van de boeken als tijdens het ophalen van de prijs in Stockholm. Ze heeft haar eigen schrijversambities aan de wilgen gehangen, omdat er kinderen kwamen en omdat je als vrouwelijke auteur nooit serieus genomen zou worden (wat we weten met met dank aan de kleurrijke flashbacks). Waar we als kijker getuigen van zijn, is dat er nu ineens bij deze echtgenote iets knapt. Ze trekt het niet meer, het flirten en zelfs vreemdgaan van haar man, zijn neerbuigende opmerkingen naar hun zoon die ook schrijver wil worden, zijn vernederende opmerkingen naar haar.

Als vrouw ben ik die vent na een paar scenes al zat. Wat een flapdrol zeg. Waarom is zij nooit bij hem weggegaan? Dat blijkt ook de vraag te zijn waar Glenn Close zelf in haar rol het meest naar op zoek was. Het is namelijk niet alleen zijn schuld dat ze nu staan waar ze staan. Zij heeft er net zo goed voor gekozen en aan meegewerkt. Misschien was het offer van weggaan nog wel groter dan het blijven? Dat maakt het extra interessant en ook extra intens. Ja, dat is wel het goede woord, ik vind The Wife een hele intense film. Door het spel van Glenn Close in de eerste plaats, waar ze terecht een Golden Globe voor won. Maar ook door hoe elke scene geniaal in beeld is gebracht en aan elkaar gemonteerd. Elk personage, elke gezichtsuitdrukking, elke dialoog roept vragen op en maakt dat je meer naar binnen kijkt, reflecterend op je eigen keuzes en relaties. Met dank aan regisseur Björn Runge. En dan heb je dus gewoon een hele goeie film gemaakt!


Geen opmerkingen: