donderdag 11 december 2014

Eck's Jaarlijstje 2014

It's the most wonderful time of the year... Tijd voor mijn jaarlijstje! En jullie kennen mijn motto: liever een treurbeuk dan een kerstboom. Dus hieronder weer mijn persoonlijke selectie van de mooiste platen van het afgelopen jaar.

Er is wel één kleine verandering ten opzichte van voorgaande jaren. De albums die (nog?) niet via de bibliotheek te leen zijn, staan op een gedeelde plaats... Een lijstje dat recht doet aan de artiesten in kwestie dus. En stiekem dus een top 12...


En zoals gewoonlijk is betwisten, torpederen, bejubelen en aanvullen toegestaan... Zo zullen sommigen Ryan Adams wellicht missen, maar dat komt dan weer omdat ik het eigenlijk één van de meest overgewaardeerde platen van het jaar vind. En zo zijn er vast nog wel wat namen.. Maar ach, tis mijn lijssie hè.

Well! Let's go..

1. Kris Delmhorst - Blood Test
Stuivertje wisselen aan de top, maar deze bleef het volhouden: fantastische plaat! En die stem, die stem... Beter is er volgens mij niet. Luisteren en genieten!
"Die geweldige rootssongs staan ook op Blood Test; de plaat waarop Kris Delmhorst haar writer’s block lijkt te hebben overwonnen. Kris Delmhorst verruilde hiervoor Boston voor haar geboortegrond New York en zocht bovendien de samenwerking met singer-songwriter Anders Parker. Het levert een plaat op die laat horen dat Kris Delmhorst niet langer genoegen neemt met een plaats in de subtop en klaar is voor het grote werk.
Samen met Anders Parker en een prima band zet Kris Delmhorst een bijzonder fraai rootsgeluid neer. Dat is soms lekker stevig, maar vaak ook prachtig ingetogen. Het sterkste wapen van Kris Delmhorst is nog altijd haar warme en zuivere stem die zowel zwoel kan verleiden als diep kan ontroeren.
Kris Delmhorst koos in het verleden nog wel eens voor songs met een flinke dosis of zelfs overdosis melancholie, maar deze ontbreekt voor een belangrijk deel op Blood Test. Een jarenlang aanhoudend writer’s block moet een muzikant drijven tot wanhoop, maar op Blood Test klinkt Kris Delmhorst energiek en optimistisch, wat de songs van de Amerikaanse bijzonder aangenaam maakt. Ook Blood Test wordt gekenmerkt door de degelijkheid die het hele oeuvre van Kris Delmhorst typeert, maar deze keer gaan degelijkheid en het maken van een plaat die kan concurreren met de betere platen in het genre prima samen.
Blood Test is een heerlijke plaat voor een lome zondagmorgen. De songs van Kris Delmhorst zijn toegankelijk en intiem en overtuigen vrij makkelijk. Blood Test is echter ook een plaat voor alle andere momenten. De toegankelijke en intieme songs blijken immers stuk voor stuk van hoog niveau en weten ook nog wel een tijdje aan kracht te winnen. Dertien jaar geleden voorspelde ik Kris Delmhorst op basis van haar debuut een grote toekomst. Deze belofte kon de Amerikaanse singer-songwriter wat mij betreft nooit helemaal waar maken, maar met Blood Test doet ze het wat mij betreft alsnog. En hoe." (krentenuitdepop)




2. Jackson Browne - Standing In The Breach
Zo maak je een meesterlijke rootsplaat. Fantastische muzikanten, zinnige teksten en nog steeds een mooie stem.
In de zomer in het land, dus mis 'm niet!

"Jackson Browne, die kennen we. Fantastische platen gemaakt in de jaren zeventig, in de jaren tachtig en negentig de pedalen wat verloren (het kan ook aan de pedalen gelegen hebben), zich in het nieuwe millennium enigszins herpakt, maar pas nu echt terug zoals het hoort: niet enkel groots in het geheugen maar met een plaat die zijn status in het hier en nu bevestigt.
In ‘If I Could Be Anywhere’ legt hij zelf uit hoe dat komt: ‘If I could be anywhere right now / I’d want to be here (…) If I could be anywhere and change things / It would have to be now’. Er zijn dingen aan de hand in de wereld, en die inspireerden Browne tot een paar bloedmooie aanklachten.
‘Which Side?’, waarin de hebzucht een oorvijg krijgt, en het Amerikaanse politieke systeem op de korrel wordt genomen: ‘Elections are won with money in ever larger amounts / Take the money out of politics and maybe we might see / This country turn back into something more like democracy’. Allemaal niet nieuw, Browne trok wel vaker zijn protestjas aan, in 2008 nog, toen hij op ‘Time the Conqueror’ onder meer ten strijde trok tegen de oorlog in Irak, maar op ‘Standing in the Breach’ zit er muzikale kracht achter de boodschap, waardoor het meer is dan wat zingen tegen de bierkaai.
Browne is melodieën op het spoor gekomen, heeft hooks gevonden van het soort waaraan het hem jarenlang ontbrak, en een groep die zin heeft om de schwung erin te houden. Niet aan elke song op ‘Standing in the Breach’ hangt overigens een grote boodschap. Opener ‘The Bird of St. Marks’ – door Browne geschreven in de late jaren zestig en tot nog toe enkel bekend in een akoestische versie – heeft zelfs iets psychedelisch zweverigs, en ‘Yeah Yeah’ is een liefdeslied waarin hij zijn hart met vele prachtige woorden blootlegt, maar de titel alles zegt. Niemand heeft ooit zo mooi ‘Jaja’ tegen mij gezegd.
Het mooiste liedje is misschien de titeltrack, omdat het een heel mooi liedje is, en omdat het bol staat van de hoop: ‘You don’t know why it’s such a far cry / From the world this world could be / You don’t know why but you still try / For the world you wish to see’." (humo)



2. Robyn Ludwick - Little Rain (aanschafsuggestie!)
Ja, jammer dat deze plaat nauwelijks aandacht heeft gehad: vol met country en soulballads, fijne stem met een snik... Geweldige plaat voor een late avond met een glas wijn..."Ergens op het raakvlak tussen Mary Gauthier en Stevie Nicks ligt de muzikale biotoop van Robyn Ludwick, die gezegend is met een heerlijke Texaanse twang en die precies lijzig genoeg zingt om moeiteloos in evenwicht te blijven op het slappe koord van de sensualiteit. Ze deed dat al drie keer met als orgelpunt het in 2011 verschenen album Out Of The Blues dat aan beide kanten van de oceaan op terechte bijval mocht rekenen. Na drie jaar is Ludwick terug met Little Rain, een sfeervol album met misschien wel haar sterkste set nummers tot nu toe. Misschien, want het plaatje moet wedijveren met een album dat al drie jaar lang een prominente plaats inneemt in mijn imaginaire jukebox. Dat dit album nu al kan rekenen op de nodige draaibeurten staat evenwel buiten kijf. Ludwicks recept voor een verfijnd potje americana bevat een stevige snuif soul (Little Weakness), blues (Heartache), twang (Somethin’ Good) en country noir (Stalker), ingrediënten dat mij ook deze keer weer volledig weet in te palmen.
Behalve die zinnelijkheid zit er ook veel tristesse in Ludwicks stem die de hartzeer waarover ze in het gros van haar songs zingt, voorziet van authentieke en ongekunstelde emoties. Ze doet dat in het al eerder gememoreerde Heartache, maar ook in de zalige tearjerker She’ll Get The Roses (waarin een minnares haar relatie met een getrouwde man fileert: “She’ll get the roses / Your wedding band / I’ll get the sorrow / And the one night stands”) en in Lafayette, een nummer over een barfly die terugkijkt op spaak gelopen liefdes die al bij voorbaat gedoemd waren om te mislukken. Die thematiek blijkt Ludwick goed te liggen: zingen over dat wat we in ons leven missen. Over mislukte of onbereikbare liefdes, over het verlangen naar het ongrijpbare, over hartstocht die als zand door onze vingers verdwijnt (Stalker). Tot we, vaak tegen beter weten in, met lege handen achterblijven: “Love knows no borders / No restraining orders / I got me a honey that I love from a far / She’s faster than a wild cat / And she runs from me too / Untill someday I’ll get over you”. Dat soort observaties maakt van Little Rain een plaatje om vaak aan het rusteloze hart te drukken." (altcountryforum.nl)



3. John Hiatt - Terms Of My Surrender

Mag niet ontbreken. Maar staat er echt niet alleen in omdat ik zo'n Hiatt-fan ben: hij zorgt er domweg opnieuw voor dat ik geïmponeerd ben door de pure eenvoud.
"Een nieuwe John Hiatt-plaat, daar keek ik in een niet eens zo heel ver verleden verlekkerd naar uit.
Maar bij een artiest die al dik veertig jaar meegaat en met Terms Of My Surrender zijn 22e (of is het toch de 23e of 24e, ik ben de tel kwijt) studioplaat uitbrengt moet je me het maar niet kwalijk nemen dat ik er af en toe een paar mis. Want productief blijft John Hiatt. Sinds 2010 bracht hij bijvoorbeeld elk jaar een nieuw album uit. En potverredikkie, Terms Of My Surrender, dat eerder dit jaar verscheen, had ik echt niet mogen missen. De stem van Hiatt is met de jaren wat ruwer en lager geworden en dat komt goed van pas in de stiel van singer-songwriter die hij zich hier aanmeet. De formule op Terms of My Surrender is een gouden. De songs laveren tussen folk en blues, maar pikken bijvoorbeeld in het hilarische "Old People" ook nog even wat gospelkoortjes mee. In opener "Long Time Comin'" klinkt Hiatt als het volwassen kind van Waits en Dylan (terwijl hij natuurlijk gewoon een generatiegenoot is, met een bijna vergelijkbaar geweldig oeuvre) en in de daarop volgende akoestische blues van "Face of God" als de zoon van John Lee Hooker. Een track als het rauwe "Wind Don't Have To Hurry" waarin Hiatt zijn stem laat schuren als bijna nooit te voren en de banjo die hobbelig tokkelt als een stoffige landweg met gaten en keien valt ook niet versmaden. Het refrein is met zijn 'Nanana-nana-nananááá / Nanana-nana-nanaa' even simpel als indringend. De blues speelt op Terms Of My Surrender meer dan tevoren de boventoon en dat smoezelige jasje zit Hiatt als gegoten." (fileunder)



4. Matt Harlan - Raven Hotel
En wat voor Hiatt geldt, geldt ook voor Harlan: opnieuw een erg mooi album, met nummers in diverse stijlen. En voor mij persoonlijk blijft het natuurlijk bijzonder dat ik eerder dit jaar opnieuw met hem op het podium mocht staan (zie de video hieronder). 
"Matt Harlan maakte tot dusver twee albums die bij mij nog steeds vers in het geheugen zitten. Tips
& Compliments en Bow And Be Simple riepen bij mij een rustiek gevoel van welbehagen op. Raven Hotel is Harlan’s nieuwe CD. Ook op dit album beperkt Harlan zijn talent niet. Zoals ik al gewend was van hem, hoor je doorgaans akoestisch vormgegeven composities die qua muziekstijl behoorlijk van elkaar variëren. Folk (Second Gear), Jazz (Burgundy & Blue) Blues (The Optimist) en country rock (Rock ‘n’ Roll) maken Raven Hotel zeer aangenaam om naar te luisteren. Voor zijn echtgenote, Rachel Jones, creëerde Harlan ook ruimte op deze plaat. Jones zingt prima gestemd in het kabbelende liedje, In Riding With The Wind. Ze deed dit overigens ook al op Harlan’s voorgaande CD’s maar dan in een duet of als backing vocaliste. Wat ook opvalt is de uitermate goed verzorgde productie. Multi instrumentalist Rich Brotherton, die overigens ook Tips & Compliments produceerde, creëert de rust die je bijvoorbeeld ook op Caroline Herring en Eliza Gilkyson albums zult tegenkomen. Dit album walst en schommelt en laat riet fluiten. Op dit album horen we dan ook mensen als Glenn Fukunaga (up-right en elektrische basgitaren) en tenorsaxofonist John Mills terug. In relatie tot eerder genoemde namen valt de appel dus niet ver van de boom.

Met de release van Raven Hotel maakt Matt Harlan, persoonlijk gezien, volgens mij geen enorme muzikale groei door. Met doen waar je goed in bent en dit vervolgens uitdiepen is helemaal niks mis mee. Klein maar fijn en tegelijkertijd fascinerend om te constateren hoe sommige singer-songwriters zo super intelligent fijnbesnaard uit de verf kunnen komen." (realrootscafe)



5. Joe Henry - Invisible Hour

Pure zondagochtendmuziek. En hoorden we Greg Leisz niet ook al bij Jackson Browne? Sfeervolle plaat die me maar niet los laat. Meesterwerk.
"Het is fijn om Henry op Invisible Hour weer te horen in pure folksongs en zijn gitaar als basis. Met vaste waarden Jennifer Condos op bas en Joe Bellarose op drums en zoon Levon (blaasinstrumenten) en Greg Leisz (op mandoline, mandocello en gitaren) als belangrijkste extra bijdragen, heeft Henry de geweldige band die zijn prachtige songs voor Invisible Hour verdienen. De teksten van zijn songs gaan over het huwelijk en de fasen waar je doorheen loopt als je zoveel jaren bij elkaar bent. Met de liefde als uitgangspunt hebben Henry’s teksten immer poëtische waarde met de tekst van het prachtige, 9 minuten durende, Sign als briljant hoogtepunt. Een tekst waarbij Bob Dylan en Gabriel Garcia Marquez lijken samen te komen.
Muzikaal zijn de songs sober in opzet en worden ze, zoals we van Henry gewend zijn, van exact de juiste arrangementen voorzien. Een hoofdrol in deze zijn de bijzonder fraaie bijdragen van zoon Levon die een groots talent heeft om de songs waarop hij meespeelt met steeds het juiste blaasinstrument kleur te geven. Deze keer geen vervreemdende songs of arrangementen, zoals ze altijd wel op zijn albums van de afgelopen 10 jaar stonden, maar alles puur in dienst van de voortreffelijke melodieën en de meer dan geweldig klinkende stem van Henry. Vanaf albumopener Sparrow voltrekt zich een adembenemend goed album dat je na de prachtige albumafsluiter Slide gelijk weer wilt opzetten. Echt elke song op Invisible Hour is raak en maakt deze 13de van Joe Henry niet alleen tot een van de allermooiste/beste albums die hij in zijn toch al rijke carrière maakte maar tevens één van de allerbeste singer-songwriter albums van dit jaar. Absolute aanrader!" (writteninmusic)




6. Hayward Williams - The Reef
Was ik 'm toch vergeten... Maar gelukkig lag de cd van Hayward Williams nog op mijn te draaien stapeltje. The Reef is nog lang niet overal verkrijgbaar, maar toch echt een van de betere platen van dit jaar. Zelfs een Nederlandstalige recensie is nauwelijks te vinden, maar daar gaat ongetwijfeld verandering in komen. Ik ben fan, zo durf ik rustig te zeggen, en ben opnieuw blij met dit mooie album van zijn hand. De stem is goed. Heel erg goed. En muzikaal word ik hier erg blij van. Hier en daar hoor je overduidelijk de invloed van Jeffrey Foucault (één van mijn andere favorieten) die dit album produceerde. Folk, rock en een vleugje gospel: alles zit er in.
Hoort absoluut in mijn erelijstje te staan, dus alsnog!
(want deze voeg ik toe een paar dagen na publicatie van mijn lijstje op dit blog. Ik zei toch al: 't is mijn lijstje, en 't zijn mijn spelregels).
"Fans of Williams’ always soulful voice won’t be surprised to hear him finally go into
straight-up soul territory in the new songs and arrangements, complete with soaring horn
sections and call-and-response back-up vocals from the sibling duo of Matt and Kate
Lorenz (Rusty Belle).
Set to tape during a series of whirlwind recording sessions in western Massachusetts
produced by Jeffrey Foucault. The R&B tinges of Van Morrison mix with the loose
energy and charm of The Faces in Hayward Williams’ latest Americana experience.
Foucault, better known as a singer-songwriter himself, makes his producer’s debut on
The Reef. Accompanied by Billy Conway (Morphine) on drums and Jeremy Moses Curtis
(Booker T) on bass, Williams, Foucault and the Lorenz siblings recorded the album liveto-tape
in just two days. “We didn’t want a lead guitar,” Williams says. “We thought we
could add it later if we really needed it. But soon we realized that Matt and Kate were the
lead instrument, and that was an exciting epiphany.”
Tracking together in a room, singing and playing at the same time, and only doing a few
takes per song imbues The Reef with an absolutely electric feel, vanishingly rare in
contemporary recordings. You can hear the naked vulnerability in every weathered crack
of Williams’ voice, as the band’s deep, soulful grooves rock each track to sleep like a
crying baby. Bob your head, tap your toes, and get cast out on The Reef."



6. Rodney Crowell - Tarpaper Sky
Iets meer voor de countryliefhebbers: bij de eerste keer horen wist ik al dat dit wel eens in mijn lijstje terecht kon komen. Erg mooie gitaarpartijen ook: genieten!
Op Tarpaper Sky moet Rodney Crowell het weer in zijn uppie en met aanzienlijk minder aandacht doen. Dat laatste is natuurlijk jammer, maar in het eerste slaagt hij glansrijk. Rodney Crowell omringt zich op Tarpaper Sky met de muzikanten waarmee hij al decennia speelt, waardoor de plaat hecht en geïnspireerd klinkt. Crowell is een uitstekend songwriter en heeft zich bovendien ontwikkeld tot een prima zanger. De songs van Rodney Crowell waren in het verleden vaak veelzijdig en dat geldt ook weer voor de songs op Tarpaper Sky. Crowell kan uit de voeten met rootsrock waarvoor Springsteen zich zeker niet zou schamen, maakt ingetogen en doorleefde rootsmuziek met invloeden uit de folk en de country, grijpt terug op de rock ’n roll en rockabilly uit de jaren 50, kan Johnny Cash naar de kroon steken in een ballad die je bij de strot grijpt of verleidt met een prachtig duet met miskend talent Shannon McNally. De muzikanten die Rodney Crowell op Tarpaper Sky omringen zetten een prachtig warm geluid neer en dit geluid past prima bij de mooie stem van Rodney Crowell. Crowell begint de pensioengerechtigde leeftijd te naderen en dat hoor je. Zijn stembanden hebben inmiddels een ruw randje en een net wat minder groot bereik, maar dit maakt de stem van de singer-songwriter uit Houston, Texas, eigenlijk alleen maar mooier en indringender. Wanneer ik Tarpaper Sky beluister, begrijp ik niet dat Rodney Crowell niet al lang is omarmd als een van de aanvoerders van de rootsmuzikanten van zijn generatie. Crowell schrijft songs die je direct weten te raken en die je direct bij blijven en hij vertolkt ze stuk voor stuk met hart en ziel. Tarpaper Sky is hierdoor een rootsplaat van een niveau waarvan de meeste jonkies alleen maar kunnen dromen en een niveau dat de meeste van zijn generatiegenoten al lang niet meer weten te benaderen. Na één keer horen was ik verkocht en sindsdien is Tarpaper Sky eigenlijk alleen maar beter en imposanter geworden. Ik geef direct toe dat ik de muziek van Rodney Crowell zelf ook lang niet altijd op de juiste waarde heb geschat, maar na Tarpaper Sky laat ik Rodney Crowell niet meer los. Dat zouden meer liefhebbers van Amerikaanse rootsmuziek moeten doen." (krentenuitdepop)



7. Natalie Merchant - Natalie Merchant
Bijzonder album van een bijzondere zangeres (zie ook mijn eerdere posts over haar). Absolute top.
"Het geheel laat zowel muzikaal als tekstueel een behoorlijke verscheidenheid horen. Naast de fraaie fluwelen stem van Merchant zorgen ook de mooi uitgewerkte strijkers- en blazersarrangementen voor de nodige verbinding. Het album kent bijdrages van tientallen verschillende muzikanten. De ruggengraat wordt hierbij gevormd door oude getrouwen Eric Della Penna en Gabriel Gordon (gitaar) evenals Uri Sharlin (piano) en Jesse Murphy (bas). De productie nam Merchant ditmaal zelf ter hand, zodat haar songs, handelend over het slagen of falen in de liefde, spijt, ontkenning, overgave en bij gelegenheid een triomf, optimaal tot hun recht kunnen komen.
Merchant trekt met openingstrack Ladybird alle registers open om het vervolgens met Maggie Said en Texas mooi klein te houden waarbij de akoestische gitaar in beide stukken leidend is. Dit drietal vormt de opmaat voor de overdonderde gospel/soul van Go Down Moses. Net als gastzangeres Corliss Stafford zingt Merchant hier tegen de klippen op. Jaren geleden vroeg een geheel met Merchants werk onbekende passagier in de auto bewonderend: is dit een zwarte vrouw? Roffelende drums, jankende lapsteel en gedempte blazers zetten vervolgens passend de hoofzondes van Seven Deadly Sins in het schemerlicht.
Mijn eerste kennismaking met het album werd gevormd door de single Giving Up Everything. Wanneer dit maatgevend voor het gehele album zou zijn, dan staat de luisteraar het nodige te wachten, was mijn verzuchting enkele weken geleden. Na het album vrijwel continu te hebben beluisterd blijkt dat vermoeden juist te zijn. Ook dit gepassioneerd gebrachte stuk verhalend over het belang van loslaten is bijzonder fraai uitgewerkt en een parel op haar werk. (...)
Op haar nieuwe titelloze album lijkt Natalie Merchant het leven zoals het zich aandient onder ogen te willen zien. Zowel tekstueel als muzikaal geeft het geheel blijk van een verder toegenomen rijpheid. Het complete werk van Merchant mag wat mij betreft als excellent worden beschouwd. Met haar nieuwe album voegt zij hier een uitmuntend hoofdstuk aan toe." (johnnysgarden)





7. Nathan Bell - Blood Like A River (American Family)
Helaas ook (nog) niet via de bibliotheek te leen. Maar dat mag de pret niet drukken. Rauw stemgeluid en pure gitaarbegeleiding. Ik ga roken en aan de whisky en hopen dat ik nog eens in de buurt kom... ;-)
Van het immer uitdijende contingent singer-songwriters zijn het vooral de verhalenvertellers die mij het meest weten te boeien. Al moeten hun verhalen wél in een behoorlijke song verpakt zijn. Zo voel ik me bij het luisteren naar een nummer als Highway Patrolman van Bruce Springsteen in een verhaal van pakweg Carson McCullers. Scherpe karaktertekening, een verhaal dat je bij het nekvel grijpt én bovendien een uitstekende song. Om diezelfde redenen verbaast het me niet om op de website van Nathan Bell te lezen dat hij teksten heeft leren schrijven door het werk van Jack London, William Carlos Williams en Frank Herbert te lezen. Zijn nieuwe album Blood Like a River (American Family) bevat namelijk een aantal songs die zich perfect lenen tot het maken van een korte film. Zo zou Names evengoed gebruikt kunnen worden om een korte periode uit het leven van vier individuen te verfilmen die door het noodlot op dezelfde plaats terechtkomen, datzelfde noodlot ondergaan en daarna nog slechts als namen blijven voortbestaan: “I did exactly what I was told / But things went badly just the same / I am a candle in my mother’s hand / But I am just a name.”
Ook The Snowman is zo’n filmisch nummer over een oude man die vol verwondering terugkijkt naar het pad dat hij heeft afgelegd naar die ouderdom. In Blue Kentucky Gone, waarin de zang mij doet denken aan de betreurde Mickey Newbury (“I didn’t really listen to him much when I was younger, although I do now. I think he and I must have had similar interests and influences” antwoordde hij me op mijn vraag of Newbury een invloed was), staat een vader stil bij de letterlijke en figuurlijke afstand die er ontstaan is met zijn dochter. Trigger verhaalt over een man die oog in oog staat met de revolver van een overvaller en het bevreemdende gesprek dat daaruit voortvloeit. Deceptie is het centrale thema in All But Gone, een nummer dat losjes gebaseerd is op de Ghost Poems van de Amerikaanse schrijver/dichter Gaylord Brewer. Eenzaamheid staat dan weer in het brandpunt in Turn Out The Light: “Everything is somewhere else when you’re all alone”. Tijdens het vertellen van zijn verhalen gebruikt Bell minimale middelen om zich maximaal uit te drukken: een akoestische gitaar en een makante, lichtjes gebroken, van weemoed en mededogen doortrokken stem die soms wat gelijkenissen vertoont met Mickey Newbury en John Prine. Een stem bij machte is fictieve personages te voorzien van vlees en bloed. En die van Blood Like a River een memorabele muzikale roadtrip langs het menselijk tekort maakt." (altcountryforum)



8. Jon Allen - Deep River
Heb te weinig mensen gehoord over deze cd, en da's onterecht. Fantastisch album vol mooie liedjes.
"Zoals het een singer/songwriter betaamt, schrijft Jon Allen prettig in het gehoor liggende liedjes. Maar waarmee hij zich van veel collega’s onderscheidt, is met Die Stem. Dat viel bijvoorbeeld Jools Holland al in een vroeg stadium van Allan’s carrière op. De inmiddels 37-jarige Brit brengt met Deep River zijn derde album in vijf jaar tijd uit. Is doorgaans het tweede album de spreekwoordelijke moeilijkste stap in het carrière (kan de belofte van het bijzondere debuut waaraan al een heel mensenleven is gewerkt, binnen een jaar worden geëvenaard?), bij Allen was het album nummer drie dat hem de meeste hoofdbrekens bezorgde.
Dat kwam, zo liet hij in interviews al weten, vooral doordat zijn management en bandleden hem aanspoorden vooral de tijd te nemen. Net niet de boodschap die je aan perfectionist Allen moet geven: hij bleef schaven en schuren aan de liedjes, ook als het beter was ze gewoon los te laten.
Uiteindelijk is alle geploeter vooral iets waar Allen zelf onplezierige herinneringen aan heeft, want voor de muziekliefhebber ligt er nu een zeer prettig album. Een album overigens waarop Allen geen moeite doet zijn invloeden te verbergen.
Rod Stewart, JJ Cale, John Martyn, zowel Peter Green als Al Green en Bob Dylan zijn namen die je bij verschillende tracks op het album te binnen schieten. Zo heeft de single Night And Day, waarmee het album opent, de lome soulgroove waarop onder anderen Al Green en Marvin Gaye begin jaren zeventig patent hadden. Overigens is Allen wel zo sympathiek om in een begeleidend schrijven bij de cd een toelichting per nummer te voegen waarin hij heel open aangeeft welke invloeden aan de totstandkoming van de hebben bijgedragen. Zo is Wait For Me volgens hem een combinatie Nick Drake en Albatross. Nu doet de gitaarsolo wel aan die vroege Fleetwood Mac-hit denken, en heeft Allen’s timbre ook wel iets weg van dat van Nick Drake, hij klinkt wel veel vrolijker en hoopvoller dan Drake, zelfs in dit nummer over gemis.
Het funky Get What’s Mine heeft inderdaad een paar Cale-achtige lickjes, maar Jon Allen legt er voldoende van zichzelf in om het verwijt van epogonisme te kunnen weerleggen.
Een van de mooiste songs van het album, naast de single, is het berustende Falling Back, over de sleur en het cynisme waarin je terugvalt als (mooie) relaties eindigen." (writteninmusic)



9. John Fullbright - Songs
In verschillende lijstjes zag ik dit album al bovenaan staan. Een teken dat John Fullbright bijzonder gewaardeerd wordt. Hij beheerst als geen ander het song-schrijver vakmanschap.
In Okemah, Oklahoma, zag singer-songwriter John Fullbright 26 jaar geleden het levenslicht. Wat is daar nu zo bijzonder aan, hoor ik u denken. Nou, in 1912 werd in datzelfde gehucht folklegende Woody Guthrie geboren. Of Fullbright net zo legendarisch zal gaan worden als zijn beroemde plaatsgenoot valt nog te bezien, maar met zijn tweede album Songs zet hij een hele grote stap in de goede richting. Op zijn debuut From The Ground Up uit 2012 wist hij al te overtuigen met zinderende countryrock, hier en daar afgewisseld met wat rustigere pianoballads. Hele goede liedjes met dito teksten, en het album werd dan ook terecht genomineerd voor een Grammy. Bonnie Raitt ging toen met de prijs naar huis, maar het was een flinke opsteker voor de jonge Fullbright. Twee jaar later is daar Songs en de titel zegt eigenlijk alles. Op dit album is John Fullbright geëvolueerd van een goed songschrijver tot maker en vertolker van briljante en melancholische prachtsongs. De rustige kant van Fullbright overheerst op dit album, de meeste van de twaalf songs zijn Fullbright met zijn prachtige, luie stem met schor randje, enkel begeleid door piano, Wurlitzer of gitaar. Saai wordt dat niet want het zijn stuk voor stuk meesterwerkjes waarin John Fullbright zijn ziel blootlegt, hier en daar wat verluchtigd met de nodige, relativerende, cynische humor. 'What's so bad about happy?', zingt hij bijvoorbeeld in opener "Happy". Niet zwaar op de hand dus. Het hele album is van begin tot eind prachtig, maar bevat met melancholische "When You're Here", de goede tekst van "Write A Song", het verhalende "High Road" en de hoopvolle afsluiter "Very First Time" een aantal klassiekers in de dop. Ik draai hem nu voor de zevende keer in twee weken en bij elke luisterbeurt vind ik Fullbrights Songs mooier. Het is een zeldzaam mooi album wat je meteen grijpt en steeds weer wil horen, en zeg nou zelf, hoe vaak gebeurt dat nu nog? Over een aantal jaren zal duidelijk worden, ongeacht of Fullbright dan een gevestigde naam is of al lang weer vergeten, dat Songs een klassieker in zijn genre is." (fileunder)



10. Otis Gibbs - Souvenirs Of A Misspent Youth
Gelukkig nog plek op mijn lijstje voor Otis Gibbs, die een heerlijk authentieke plaat maakte. 
"Otis Gibbs maakt ook op zijn zevende plaat weer traditioneel aandoende singer-songwriter muziek. Het is over het algemeen ingetogen en grotendeels akoestisch rootsmuziek die op het Internet vooral wordt vergeleken met uiteenlopende grootheden als Woody Guthrie, Steve Earle, Townes van Zandt, Bruce Springsteen en Billy Bragg. Dat zijn inderdaad stuk voor stuk namen die je terug hoort op Souvenirs Of A Misspent Youth en uiteraard geen namen waarvoor een singer-songwriter zich hoeft te schamen.
Otis Gibbs maakt zoals gezegd traditioneel aandoende rootsmuziek en het is rootsmuziek die verschillende kanten op gaat. In veel gevallen domineren invloeden uit de folk, maar ook invloeden uit de country en bluegrass hebben hun weg gevonden op de nieuwe plaat van Otis Gibbs.
Een goede singer-songwriter vertolkt zijn songs niet alleen met hart en ziel, maar vertelt ook mooie verhalen. Hiervoor ben je ook bij Otis Gibbs aan het juiste adres. De Amerikaan heeft een kleurrijk leven achter zich en kent de meeste uithoeken van de VS als zijn broekzak. De verhalen zijn daarom prachtig, maar ook de songs op Souvenirs Of A Misspent Youth zijn zonder uitzondering sterk. Het helpt hierbij zeker dat Otis Gibbs zich niet beperkt tot één subgenre en bovendien kiest voor verschillende accenten in de instrumentatie, waarin naast de akoestische basis afwisselend een pedal steel, een viool en een banjo mogen schitteren.
De stem van Otis Gibbs is tot dusver nog niet besproken, maar ook deze is van hoog niveau, mooi doorleefd en rechtvaardigt voor een belangrijk deel het eerder genoemde vergelijkingsmateriaal.
Ik moet eerlijk toegeven dat de muziek van Otis Gibbs me tot dusver nog niet echt was opgevallen, maar Souvenirs Of A Misspent Youth is zo mooi en overtuigend dat ik absoluut ook de rest van het oeuvre van Otis Gibbs ga ontdekken. Laat ik me vooralsnog tot Souvenirs Of A Misspent Youth beperken: met Souvenirs Of A Misspent Youth heeft Otis Gibbs een plaat gemaakt die weet op te vallen in het enorme rootsaanbod van het moment. Flink weet op te vallen durf ik zelfs wel te zeggen." (krentenuitdepop)



Follow me on Spotify

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Waar is Leonard Cohen met Popular problems???.
Mag niet ontbreken ☺️

Erwin zei

Eh.. Omdat het mijn bijzonder subjectieve lijstje is mag er van alles ontbreken.. Maar vul gerust aan hoor!

Erwin zei

Heb alsnog Hayward Williams toegevoegd op een gedeelde zesde plaats... ;-)